Beetje Diest

Diest was een graafschap van het "Karolingsche rijk", in 1229 kreeg Diest "stadsrecht" van hertog Hendrik 1 van Brabant. In de 14 en 15 eeuw leefden de inwoners in grote welstand door een drukbezochte landbouwmarkt, graan- en veemarkt, maar vooral de lakennijverheid en -handel. Het Diestse laken was op bijna alle grote West Europese markten te koop.

In 1499 kwam Diest in het bezit van Engelbrecht II van Nassau, een opvolger Rene van Chalon, voerde ook de titel Prins van Oranje, zo bleef Diest bezit van het huis van Oranje-Nassau tot 1795. De oudste zoon van Willem van Oranje, Filips Willem, ligt begraven in de Sint Sulpitiuskerk. Koning Willem-Alexander der Nederlanden, draagt nog steeds de adellijke titel "Baron van Diest".

Tussen 1837 en 1853 werd Diest voorzien van nieuwe wallen en versterkingen. Deze fortificaties waren al verouderd bij het uitbreken van de eerste wereldoorlog. In 1929 kreeg de stad zeggenschap over de vroegere fortificaties. Tijdens de tweede wereldoorlog  werd een groot deel van het nog restende deel afgebroken. 

De Citadel van Diest huisvestte tijdens de tweede wereldoorlog een opleidingsschool van NSKK, het Nationalsozialistische Kraftfahrkorps van de Duitse nazipartij. 

Van 1953 tot 2011 was het eerste bataljon parachutisten gevestigd in de citadel.

 Webbekom, Deurne, Kaggevinne, Molenstede en Schaffen zijn deelgemeenten van Diest.

info: wikipedia

Enkele foto's van Diest,

men heeft dagen nodig en iemand

die Diest kent, om de stad volledig 

in beeld te brengen.